Rampjaar, 350 jaar geleden. Spinoza versus De Witt

Op 20 augustus 2022 is het 350 jaar geleden dat de gebroeders Cornelis en Johan De Witt vermoord werden door orangisten tijdens het Rampjaar 1672. Speciaal voor deze dag organiseert het Buitenmuseum een wandeling, waarin de hoofdrolspeler van het Buitenmuseum, de filosoof Spinoza samen met de gebroeders De Witt centraal staan. Dat mensen als Johan de Witt destijds wel van gedachten wisselden met de wijsgeer, maar niet openlijk met hem gezien mochten worden lijkt aannemelijk, maar is nooit bewezen. Wat hebben zij met elkaar te maken? Wat kunnen we wel bewijzen? En wat is de betekenis van deze historische figuren voor Nederland in het algemeen en Den Haag in het bijzonder. In deze blog een voorproefje.

De Raadspensionaris De Witt

Onder de leiding van raadspensionaris De Witt (1625-1672 groeit de Republiek uit tot een wereldmacht. De handelsgeest van de welvarende Republiek viert hoogtij. Net als veel geleerde mannen uit de 17de eeuw had De Witt zich in veel verschillende wetenschappelijke disciplines verdiept, waaronder de wiskunde en deze achtergrond werpt een helder licht over het conflict waarmee hij al snel te maken krijgt. Meten is weten.

Onder het bewind van Johan de Witt breekt er oorlog uit met Engeland. Dat land beschikt over de sterkste oorlogsvloot ter wereld. De Eerste Engels-Nederlandse oorlog (1652-1654) wordt dan ook een nederlaag voor de Republiek. Onder De Witts leiding wordt de Vrede van Westminster gesloten. Het verdrag heeft een geheim bijvoegsel, de Akte van Seclusie, waarin staat dat er nooit meer een nakomeling van Willem II tot stadhouder van Holland benoemd zal worden. Door het wegvallen van de stadhouders zou Holland zijn enorme schulden kunnen afbetalen, was De Witts redenering, met stadhouders zou dat niet te doen zijn.

Het geheim van het bijvoegsel lekt uit en het wordt onrustig in de Republiek. Het broeit al langer en de strijd tussen de staatsgezinden en prinsgezinden wordt hiermee nog aangewoekerd. De eerste staatsgezinden wilden dat de regenten regeerden, terwijl de prinsgezinden de prins van Oranje als stadhouder de macht wilden geven.

De Witt licht zijn handelswijze toe in een redevoering die bekend is geworden als de ‘Deductie van De Witt’. Hierin en in het boek ‘Interest van Holland’ (Pieter de la Court), wordt de vrije handel en de Republikeinse staatvorm als de belangrijkste factoren voor economisch en politiek succes gezien: ’Dit zijn naar het oordeel van de Staten van Holland de echte banden die de zeven pijlen verbinden die in de klauw van een en dezelfde leeuw moeten worden vastgehouden’ .

Beeld van De Witt

De filosoof Spinoza

Spinoza (1632-1677) is de bekendste filosoof van Nederland. Zijn denkbeelden over de vrijheid van meningsuiting, democratie en het spanningsveld tussen kerk en staat zijn nog steeds actueel. Hij wordt in 1632 in Amsterdam geboren als zoon van uit Portugal gevluchte Joodse ouders. Zijn werk is vernieuwend en baanbrekend. Op 23-jarige leeftijd wordt hij verstoten uit de joodse gemeenschap. Hij vertrekt uit Amsterdam naar Rijnsburg en verhuist later naar Voorburg en daarna naar Den Haag.

De Witt en la Court in de boekenkast van Spinoza

De Republikeinse ideeën van De Witt waren Spinoza wel bekend. Hij had een aantal geschriften van de Leidse jurist Pieter de la Court in zijn boekenkast aan de Paviljoensgracht staan, zoals ‘Consideratien van staat ofte polityke weeg-schaal’ dat een jaar voor Interest van Holland was verschenen. Ook daarin prijst La Court zich gelukkig om in een vrije Republiek te leven: ‘Maar nu leef ik en Godezy lof in der voor zijn genade in een zeer vrye Republijk daar het my spreekende ten voordeele der niet quaaliker behoorde te werden afgenomen.’

Theologisch Politiek Traktaat

De geschriften van Spinoza-zelf werden door velen ook als staatsgezind beschouwd. In zijn boek het Theologisch Politiek Traktaat (TPT 1670) maakt Spinoza zich sterk voor de vrijheid van meningsuiting. ‘In een vrij staatsbestel is het een ieder toegestaan te denken wat hij wil en te zeggen wat hij denkt’. Hij prijst de ‘Vrije Republiek’.

Beeld van Spinoza op de Paviljoensgracht

Pamfletten

De 17de eeuw was de eeuw van de pamfletten. De publieke opinie werd zo beïnvloed. Meningen werden toegankelijk en helder voor het gewone volk verwoord. Soms zijn pamfletten zelfs vergelijkbaar met tegenwoordige lastercampagnes, die via Social Media worden gevoerd. Regelmatig werden met pamfletten Spinoza’s denkbeelden scherp bekritiseerd. Zeker na het verschijnen van het Theologisch-politiek Tractaat (1670). Pamfletten kunnen dus zorgen voor grote onrust.

Redeloos, radeloos, reddeloos

En dit is precies wat er gebeurde in het Rampjaar 1672. Het is het einde van de Gouden Eeuw en er is een economische crisis. Onze buurlanden; Frankrijk, Engeland, Münster en Keulen verklaarden de Republiek in 1672 de oorlog en vallen met het grootste leger van Europa ons land binnen. Het volk is redeloos, de regering radeloos, en het land reddeloos. Op 20 augustus 1672 wordt het volk opgeroepen om te gaan rellen. Cornelis de Witt (1632-1675) zit op dat moment vast in de Gevangenpoort. Op een pamflet aan de deur van de Nieuwe Kerk wordt een snoeihard oordeel geveld over de gebroeders De Witt. De tekst van het pamflet dat hier hangt luidt:


‘Belsebub schrijft uit de Hel

Dat Kees de Wit haast komen zel

Hij wacht hem in korte dagen

Maar zijn kop moet eerst zijn afgeslagen

En zijn broer is ook een schelm ’

De predikant van deze kerk, dominee Simon Simonides verkondigde in zijn preken dat de gebroeders De Witt duivels waren. Hij is waarschijnlijk de schrijver van dit gedicht.

Bartholomeus van Bassen, De Nieuwe Kerk aan het Spui gezien vanuit het oosten, 1650

De zwarte bladzijde

De gebroeders De Witt worden in deze oplopende spanningen vermoord door een groep Oranjegezinde burgers en hun ledematen worden per op bod verkocht. Een tong en een wijsvinger in de collectie van het Rijksmuseum zijn daar nu nog het bewijs van.

De Nieuwe Kerk wordt de laatste rustplaats van raadpensionaris Johan de Witt (1625-1672).

De gebroeders De Witt gelyncht

Spinoza maakt de opgelopen spanningen van nabij mee. Hij is diep geschokt en wil een poster ophangen met de tekst ’ultimi barbarorum’: jullie zijn de ergste barbaren. Zijn huisbaas houdt hem tegen. Volkswoede kon in deze tijd letterlijk levensgevaarlijk zijn. Dat gebeurde ook in het geval van Spinoza. Er deden geruchten de ronde dat hij in zijn werk het bestaan van God zou ontkennen. Een levensgevaarlijk gerucht. De Republiek was weliswaar tolerant voor de criticus, maar voorzichtigheid was nog altijd geboden. Spinoza’s vriend Adriaen Koerbagh (1633-1669) werd voor soortgelijke geruchten zeven jaar eerder tot 10 jaar rasphuis veroordeeld en overleefde zijn eerste jaar in gevangenschap niet eens. Geen wonder dat Spinoza zijn boek ‘De Ethica’ niet zomaar publiceerde. Zelfs het uitgeven onder een pseudoniem was te gevaarlijk.

Oudste manuscript in het Vaticaan

Pas na zijn dood in 1677 wordt de Ethica door zijn vrienden uitgegeven. Het oudste manuscript bevindt zich in de collectie van het Vaticaan en is tien jaar geleden bij toeval teruggevonden. Het was in de handen gevallen van de inquisitie. Het manuscript is een kopie van het origineel. Het werd overgeschreven door Pieter van Gent, een vertrouweling van Spinoza. Van Gent zat zeer waarschijnlijk ook in de redactie van de Opera Posthuma, die de nagelaten werken van Spinoza, na diens dood voor het eerst uitgaven.

Op tentoonstelling vanwege het 400-jarig bestaan van Ets Haim

Enkele jaren geleden werd het voor het eerst buiten het Vaticaan tentoongesteld in Amsterdam op de tentoonstelling ‘De glorie van het joodse boek’. De rijk geïllustreerde topstukken van Ets Haim, de oudste nog bestaande joodse bibliotheek ter wereld, waren gebroederlijk naast het manuscript te zien. De bibliotheek werd in 1616 opgericht door de eerste Spaans-Portugese joden die zich in Amsterdam vestigden. Het ging om de gemeenschap waar Spinoza bij hoorde. Boeken waarin hij mogelijk heeft gestudeerd waren onderdeel van de tentoonstelling.

Spinoza’s graf, vlakbij De Witt

Ook Spinoza ligt bij de Nieuwe Kerk begraven. Spinoza’s huurgraf met nummer 162 lag links van de huidige kansel en Hier werd hij met 6 karossen en veel ‘aanzienlijke luiden’ uitgeleide gedaan in 1677 zoals Colerus ons vertelde. Na 12 jaar werd het graf geruimd en zijn stoffelijk overschot herbegraven achter de kerk. Nu is er een monument achter de Nieuwe Kerk. Naar aanleiding van de 250ste sterfdag van Spinoza werd in 1927 op die plek een sobere grafsteen onthuld met het opschrift:

TERRA HIC BENEDICTI DE SPINOZA IN ECCLESIA NOVI OLIM SEPULTI OSSA TEGIT

(Deze aarde dekt het gebeente van Benedictus de Spinoza, oudtijds in de nieuwe Kerk begraven)

Ruim 300 jaar na het overlijden van Spinoza vond op 3 september 1956 de onthulling plaats van een tweede gedenksteen op initiatief van H K F Douglas uit Rijswijk, een opstaande natuurstenen plaat met een portret in reliëf van Spinoza gemaakt door J G Wertheim (1898-1977) en daaronder CAUTE, het devies van Spinoza, geplaatst tegen een bakstenen muur.

Spinoza Routes

Er zijn een aantal routes van Spinoza in Zuid-Holland.