Het regent bij Floris Arntzenius in Den Haag

Den Haag kende minstens twee Gouden Eeuwen. De negentiende eeuw was er een van. Regen of regenachtig weer met atmosferische wolkenpartijen tekenen Nederland niet alleen in de lente en de herfst. Dit weertype zien we dan ook veelvuldig terug in de schilderijen van de zogenaamde Haagse School (ong. 1860-1900). De stroming staat ook wel bekend als Hollands Impressionisme en vertolkt een nieuw soort realisme. Het realisme van de Haagse School is een geheel ander realisme als het schijnrealisme van de Barok, de stijlperiode uit onze eerste Gouden Eeuw, de 17de eeuw. Haagse Schoolschilders willen het moment vatten. Natuur wordt zonder idealisering weergegeven door observatie ter plekke in het hier en nu van de 2e helft van de 19de eeuw. Dit was een radicale opvatting, een revolutie in de kunst. Het gaat om het oproepen van gevoel, het doorgeven van een bepaalde sfeer. Deze schilders werken veel buiten onder allerlei weersomstandigheden. Een van hen is Floris Arntzenius (1864-1925). Hij was schilder, aquarellist en graficus en behoort tot de jongere generatie van de Haagse School. Over deze kunstenaar gaat de blog.

Aquarellen van Arntzenius

Tijdens zijn eerste jaren in Den Haag maakte Arntzenius landschappen in de typische Haagse Schoolstijl. Later schilderde hij vooral stads- en straatgezichten. In Den Haag schilderde hij onder meer de Veerkades, de Bierkade en de Spuistraat. Straten in zijn directe omgeving, want hij had in deze tijd een atelier op het Spui. Arntzenius werkte in verschillende media, maar zijn aquarellen springen het meeste in het oog. Met brede penseelstreken zet hij de afbeelding neer.

Hollands Impressionisme

De Haagse School ontwikkelde dus een eigen variant van het realisme. De schilders wilden hun persoonlijke natuurbeleving overbrengen op de toeschouwer. Het ging om het sentiment, het gevoel van het moment (impressie). Kunstenaars schilderde of tekenden vaak buiten ’en plein air’. Dat werd mogelijk door de uitvinding van de verftube. Verf werd zo houdbaar en je kon het in alle kleuren kopen, zonder dat je het zelf eerst op een schoteltje hoefde te mengen. In het bijbehorende filmpje nemen we je mee door deze regenachtige weersomstandigheden met het werk van Arntzenius.

Bij Arntzenius heeft de toeschouwer het gevoel buiten in het weiland of op een regenachtige dag aan de kade of in een winkelstraat in de stad te zijn. Hij werd dan ook vooral bekend met zijn stadsgezichten van Den Haag tijdens regenachtig weer. Het weertype geeft een geheel eigen identiteit aan de werken. 

De Haagse School werd ook wel Grijze School genoemd. Niet verbazingwekkend natuurlijk, aangezien grijs de kleur is waarom alles draait. Door nieuwe materialen en middelen wordt kleur gegeven aan het grijze pallet.  Ook Vincent van Gogh wil in deze periode zich bij de Haagse School aansluiten en past zijn kleurgebruik hierop aan. ’duizende verschillende grijzen want er is haast geen kleur die niet een grijs is: roodgrijs, geelgrijs, groengrijs, blaauwgrijs. Daar komt de heele kleurmenging op neer‘, aldus Vincent van Gogh in een brief naar zijn broer.

Hollanders en de schilders van Barbizon in verzameling

Arntzenius was lid van de kunstenaarsvereniging Pulchri Studio in Den Haag en werd toegelaten tot de Hollandsche Teekenmaatschappij, die was opgericht door Anton Mauve (1838-1888), Jacob Maris (1837-1899) en Hendrik Willem Mesdag (1831-1915). Hier stond de aquarel centraal. De aquarel werd als zelfstandig kunstwerk gepromoot. Zelf verzamelde Arntzenius werken van zijn tijdgenoten. Niet alleen deze Hollanders, maar ook de Franse schilders van Barbizon waren in zijn verzameling vertegenwoordigd. In 1963 schenkt hij zijn verzameling aan Museum Gouda.

Gezicht op de Bierkade

Het gezicht op de Bierkade is een goed voorbeeld van het werk van Arntzenius. Het leven op het kruispunt van oud en nieuw, blijkt uit de boten en schepen. Een schuit met zand wordt voort geboomd en komt net langs een zeilend binnenvaartschip. Iets verderop ligt een stoomboot. Uit het stoompijpje komen de nodige waterdampen.